De meeste mensen leven te snel, op een bepaalde leeftijd hebben ze dan alles al gehad, denken zij.
Alleen blijven ze door trappen op hun fietsje, ik zeg fietsje, omdat dat fietsje steeds kleiner wordt.
En zij moeten omdat dat fietsje zo klein is of harder trappen of hun wereld wordt steeds kleiner omdat ze minder snel vooruit komen, maar zij blijven wel totaal gefocust trappen!
Van al dat trappen worden die mensen humeurig en willen ze eigenlijk het trappen opgeven.
Uiteindelijk staan ze stil.
Als ze dan zo moe zijn van al dat trappen en dus stil staan, dan komt de onvrede.
Onderweg hebben ze zoveel gemist, door de vermoeidheid zien ze ook de weg niet meer als een glad fietspad maar als een hobbelige keienweg. Op de fiets opstappen willen ze niet meer. Op het eerste bankje wat zij lopend tegenkomen gaan ze zitten en ze blijven vooral zitten.
Ze zijn uitgefietst en nemen zichzelf voor om ook nooit meer op te stappen.
De weg wordt in hun ogen ineens een zandweg, de fietsketting verroest, de banden staan plat en het begint ook nog eens te regenen.
Alleen zien zij dus niet dat alles hetzelfde is en dat eigenlijk de zon schijnt.
Mokkend en mompelend blijven ze zitten.
De reis is klaar.............
Mensen die ze niet kennen jagen ze van het bankje, de mensen die ze wel kennen komen steeds minder.
Vrienden vragen weleens om samen door te fietsen, maar steeds krijgen ze te horen dat dat niet kan, de ketting is verroest en de banden staan plat.
Heel soms proberen ze het toch, maar fietsen wordt steeds moeilijker en op de hobbelige weg vallen ze om. Woedend en teleurgesteld smijten ze dan de fiets op de grond, hun goedbedoelende vrienden krijgen daar dan de schuld van.
Steeds meer vrienden blijven ook maar weg, een enkeling probeert het zelfs om hen lopend mee te krijgen.
Maar zelfs lopend willen zij niet meer....
Op het bankje langs het fietspad maken zij hun eigen wereld, grauw en grijs, in de regen.
Terwijl het bankje op een fantastisch mooi plekje staat, bij een heel mooie eendenvijver waar in het voorjaar jonge eendjes zijn.
Soms zien ze wel een silhouet van een eendje en denken ze aan vroeger, toen scheen de zon en gingen ze de jonge eendjes voeren. Vroeger gingen ze naar de vijver veel verder weg, door de grauwe lucht zien ze dat enkele kilometers verderop de zon schijnt, boven de prachtige vijver van vroeger.
Toch wagen ze een poging om naar de zonnige vijver te schuifelen, maar als ze daar aankomen is ook deze vijver grauw en grijs.
De reis is nu echt klaar besluiten ze.
Ze lopen weer terug naar het bankje en bekijken voor de laatste maal hun fiets.
Vroeger was de fiets geweldig, nu is het een verroest rotding, schroot...
Uit onvrede donderen ze de fiets in de vijver en besluiten ik blijf hier op het bankje.
De winters zijn koud en eenzaam.
Bijna niemand komt ze meer bezoeken op het bankje, iedereen hebben ze weggejaagd.
Ze hebben geen doel meer en zien geen geluk meer voor zichzelf.
Na jaren op het bankje gezeten te hebben, krabbelen ze zich overeind, ondersteunend met een gevonden stok, lopen ze dichter naar de vijver. Ondanks dat het grauw en grijs is zien ze in het water hun eigen spiegelbeeld. Ze zien hun grijze haren en alle rimpels in hun gezicht, ze denken terug aan hoe het vroeger was. Nu hebben ze alles en iedereen weggejaagd, ze hebben niets meer en zien ook geen toekomst meer, ook realiseren ze zich dat zij zichzelf altijd te kort hebben gedaan.
Tijdens het altijd maar snelle fietsen gingen ze aan de mooie dingen voorbij. Ze bedenken zich dat als ze eerder weer op de fiets gestapt waren dat alles dan anders was gelopen.
De vrienden hadden ze dan nog en de wereld was nog steeds mooi geweest net als vroeger, misschien wel iets anders maar ze hadden er toch een stuk geluk uit kunnen halen.
En ze krijgen ineens enorm veel spijt, van spijt en verdriet springen ze in de vijver om hun fiets eruit te halen, ze willen het toch nog proberen, maar helaas ze verdrinken want zwemmen lukt ook niet meer.
Soms 's morgens vroeg in de mist boven een vijver kun je nog het silouet zien van iemand die heel zijn leven veel te hard gefietst heeft, misschien dat er daarom zoveel fietsen in het water liggen.....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten